Zoek binnen het forum

Zoeken naar:   
Vraag: Lift toepassing cfr. bouwbesluit 2012
Naam: Jake (datum: 26-11-2012 14:02)

Beste,

In het oude bouwbesluit gelde de regel dat je verschillende gebruiksfuncties los van elkaar mocht zien betreffende de toegankelijkheidssector.
Zo werd er welleens een kantoor ruimte omschreven als vergaderruimte of kantine om onder het aantal m? te blijven om geen lift te hoeven voorzien.

Nu staat er in het bouwbesluit van 2012 omschreven: artikel. 4.24 lid 3
Indien de gebruiksoppervlakte van een gebruiksfunctie, tezamen met de gebruiksoppervlakte van andere in het zelfde gebouw gelegen gebruiksfuncties waarvoor dit voorschrift geldt, groter is dan 400m?, ligt het in tabel 4.21 aangegeven deel van de vloeroppervlakte aan verblijfsgebied van de gebruiksfunctie in een toegankelijkheidssector.

Dus zodra we een bedrijfshal hebben welke groter is dan 400m? wat bijna altijd het geval is en er staat hier een klein 2 laags kantoor voor van 200m? welke op de begane grond een kantine heeft van 100m? en op de verdieping een kantoor van 100m? dan dient er een lift te worden voorzien voor het kantoor aangezien er niet 40% gerealiseerd kan worden op de begane grond.

Is er een mogelijkheid om hier van af te wijken of dient dit altijd te worden gehandhaafdt???
Reageer
Re: Lift toepassing cfr. bouwbesluit 2012
Naam:
pino (datum: 26-11-2012 14:38)

goede vraag
maar ben je niet klaar met een mogelijke opstelplaats zonder daadwerkelijk een lift te plaatsen

(dat zie ik de laaste tijd namelijk wel vaker op tekening)
Re: Lift toepassing cfr. bouwbesluit 2012
Naam:
Arie , van Van Es Architecten (datum: 27-11-2012 16:57)

recentelijk bij de hand gehad voor een bedrijfspand. De reactie van de gemeente:

Het gaat om een gebouw met gedeeltelijk twee verdiepingen, een gebruiksoppervlakte van circa 1000 m2 aan industriefunctie op de begane grond en circa 200 m2 aan kantoorfunctie op de verdieping.

Artikel 4.24, lid 3 stelt: Indien de gebruiksoppervlakte van een gebruiksfunctie, tezamen met de gebruiksoppervlakte (GO) van andere in hetzelfde gebouw gelegen gebruiksfuncties waarvoor dit voorschrift geldt, groter is dan 400 m?, ligt het in tabel 4.21 aangegeven deel van de vloeroppervlakte aan verblijfsgebied van de gebruiksfunctie in een toegankelijkheidssector.

De toelichting stelt : Het derde lid van artikel 4.24 geeft aan wanneer een utiliteitsgebouw een toegankelijkheidssector moet hebben en hoe groot deze moet zijn. Wanneer de totale gebruiksoppervlakte van alle in een gebouw gelegen gebruiksfuncties waarvoor dit derde lid geldt meer dan 400 m? bedraagt dan moet er een toegankelijkheidssector zijn. Vervolgens wordt met behulp van het in tabel 4.21 aangegeven percentage berekend welk deel van de vloeroppervlakte aan verblijfsgebied in de toegankelijkheidssector moet liggen. Dus als in een winkelcentrum meer dan 400 m? aan winkelfuncties ligt dan moet elke afzonderlijke winkelfunctie een toegankelijkheidssector hebben. Ofwel iedere winkel moet voor 40% rolstoeltoegankelijk zijn. Bij de onderwijsfunctie moet 100% van de totale vloeroppervlakte aan verblijfsgebied in een toegankelijkheidssector liggen. Door een onderwijsfunctie volledig als toegankelijkheidssector te moeten aanwijzen, wordt voorkomen dat een gedeelte van de school niet voor rolstoelgebruikers toegankelijk zouden zijn. Voortaan wordt bij het bepalen of de 400 m? grens is overschreden niet alleen naar gebruiksfuncties van dezelfde soort gekeken maar naar alle gebruiksfuncties waarvoor het voorschrift geldt. Zo moet bijvoorbeeld ook een in een kantoorgebouw gelegen bedrijfsrestaurant (bijeenkomstfunctie) worden meegeteld om te beoordelen of er een toegankelijkheidssector moet zijn. Er zal dus eerder sprake zijn van een verplichting tot het realiseren van een dergelijke sector.

Gelet op het gestelde in artikel 4.24 derde lid en de opbouw van het gebouw zou in de kantoorfunctie (verdieping) een toegankelijkheidsector moeten liggen van 40% van het GO.

Dit houdt in de verplichting van de aanwezigheid van een lift of andere voorzieningen om voor minder valide op de verdieping te kunnen komen.

Deze eis zou ook dus moeten gelden voor een eventuele kantine (bijeenkomstfunctie) van 10 m2 a 20 m2 op de verdieping.

Dit is niet de intentie geweest van de wetgever om deze eis te stellen aan ondergeschikte functies die ten dienste staan van andere functies.

Om deze reden kan worden aangenomen dat de kantoorfunctie een ondergeschikt onderdeel is van de industriefunctie en uitsluitend ten dienste staat van de industriefunctie, dus de ? kantoorfunctie op de verdieping? kan worden beoordeeld en gezien als nevenfunctie van de industriefunctie. Dit houdt in dat voor dit artikel 4.24 de ? kantoorfunctie? wordt gezien als industriefunctie.

Dit houdt wel in dat 40% van alle GO van het gehele gebouw moet voldoen aan artikel 4.24 (dit is te realiseren op de b.g.)




Reageer

Hoe werkt het?

Selecteer een vraag door te klikken op de onderwerpen van de gestelde vragen, waarna het bijbehorend antwoord zichtbaar wordt samen met daaronder de reacties.

Staat uw vraag er niet bij, dan kunt u deze ingeven

Aangeboden door:


[ S&W Consultancy ]

S&W Consultancy BV
Postbus 5185
4380 KD Vlissingen

Bij klachten of misbruik kunt u mailen naar:
e-mail bouwhelp@s-w.nl

We kunnen vragen helaas niet per e-mail beantwoorden. Antwoorden worden gegeven door gebruikers van de website als u uw vraag toevoegt.

Advies|Indeling|Ontwerp


[ Emma Interieuradvies]


emma-interieuradvies.nl